dinsdag 30 augustus 2011

30/08 Behind the scenes

Voor de haarstyling

Ik zal niet snel zeggen dat ik het druk heb, omdat ik vaak vind dat mensen dit te snel roepen. Laat ik dan zeggen dat er op dit moment wel heel veel projecten door elkaar heen lopen. Twee redigeerklussen, een opdracht voor het schrijven van webcontent op basis van SEO, het redigeren van een spannende thriller en tussendoor een hoop geregel voor de fotoshoot voor mijn boekcover en boektrailer. 
De oncharmante 'duurt het nog lang stand'
Vandaag was ik op visite bij Marion, de visagist/haarstylist. Ik wilde haar laten wennen aan mijn eigenzinnige haar. Dan geeft het op de dag van de shoot zelf geen stress en kan ik weer iets afvinken op het ellenlange lijstje ‘to do voor vertrek naar Australië'. 
Morgenavond ga ik de ideeën aanhoren die Film 1 voor mijn boektrailer heeft. Daar ben ik nu al erg benieuwd naar. En terwijl mijn lief nu aan het koken is, ben ik bezig met een herschrijfklus voor de provincie. Het kost veel tijd, je brood verdienen. Tijd die ik eigenlijk op een andere manier wil besteden. Aan de paar duizend woorden die ik nog voor vertrek wil schrijven, bijvoorbeeld. Ze blijven telkens liggen, net zoals het verzinnen van een passende boektitel. Vandaag verzon ik er weer tien. Ik zit nu op zestig, waarvan ik er 30 ongeschikt vind, 25 niet literair genoeg vind, 2 onvoldoende bij de inhoud (of hoofdmotief) vind passen en 3 die het ‘zouden kunnen zijn mits ik met niets beters op de proppen kom’. Ben ik te kritisch? Ik zal binnenkort eens een top 3 mailen aan mijn uitgever. 
Geföhnd: lang is mijn haar als het stijl is
Goed nieuws is er ook. Zo gaat Noraly Beyer mijn manuscript lezen en komt er een quote van haar op de omslag van mijn roman. Daarnaast heb ik samen met Robby Oehlers een mooi nummer geschreven voor de boektrailer en de boekpresentatie. Dinsdag gaan we het opnemen. 
Eindresultaat!


Ah. Het eten is klaar.

zondag 21 augustus 2011

21/08 Adoptieouders gezocht

Op alle fronten wordt debat gevoerd over waarom er niet bezuinigd moet worden op de kunst. Het valt me op dat het debat niet zelden neerkomt op een verdediging van het bestaansrecht van de kunst, en dat er zo weinig mensen zijn die dan goed onder woorden kunnen brengen waarom kunst belangrijk is in de samenleving. Dat is ook lastig onder woorden te brengen. Ik zal de laatste zijn die een poging zal wagen. Maar laten we eerlijk zijn, er zijn wel meer overheidsprojecten die belangrijk worden gevonden en waar onze belastingcenten heengaan, zonder dat we daar nu zo goed van onder woorden kunnen brengen wat het belang ervan is. Het enige dat ik zou willen is dat de kunst dezelfde kans krijgt als al die andere weeskinderen. De kans om zich aan te passen en zich voor te bereiden op de veranderingen die de bezuinigingen teweeg zullen brengen. In plaats daarvan is de kunst een weeskind geworden dat zo snel mogelijk op water en brood wordt gezet. De kunst moet op zoek gaan naar nieuwe adoptieouders en er zijn er maar weinigen die zich aanbieden. Pijnlijk voor onze beschaving.

zaterdag 13 augustus 2011

13/08 Dat stapje extra

Vandaag wandelde ik vanaf mijn huis naar het centraal station. Heerlijk in de fijne regen en uiteraard zonder paraplu. Daar heb ik namelijk altijd ruzie mee en ik raak mijn paraplu altijd kwijt. Omdat ik wandelde in plaats van fietste, vielen me ineens heel veel dingen op. Bijvoorbeeld dat het tijdelijke gebouw van het Cartesius lyceum tegenover mijn huis is afgebroken. En dat er ergens op een hoekje van de Van Diemenstraat braamstruiken groeien. Ze waren nog niet rijp, helaas. Weer een stuk verder ontdekte ik dat er tegenover grafisch ontwerpbureau Lava een kunstwerk staat dat doet denken aan een spin met poten van hout. Maar die poten hebben ook weer vertakkingen, waardoor ze op zichzelf de associatie oproepen van een kale ontwortelde boom. Voegen dit soort kunstwerken iets toe aan de locatie? Het was niet de eerste keer dat ik me zoiets afvroeg. Na de Van Diemenstraat passeerde ik het Stenen Hoofd, waar het Pluk de Nachtfestival neergestreken is. Elk jaar kunnen mensen hier ’s avonds films kijken die niet in Nederland zijn uitgekomen. Elk jaar neem ik me voor er misschien een keer heen te gaan. Bij de bar zag ik één bezoeker staan. Een handvol fietsen ving bij de ingang intussen flink wat regendruppels op. De festivalgangers moeten zeker nog komen, dacht ik. Dat denk ik iedere keer tijdens het passeren, bedenk ik me nu. Misschien is Pluk de Nacht niet populair genoeg, of misschien passeer ik het altijd op het verkeerde tijdstip. Een stukje verderop bekeek ik op de Westerdoksdijk nieuwsgierig de daar gevestigde bedrijven. Mijn ogen bleven rusten op het woordje Rape. Even was ik in de war. Rape? O, het was een woordgrapje van Rapenburg Plaza. Wat mensen al niet doen om de aandacht te trekken. Je zal als bedrijf maar de associatie met verkrachting als marketingtool inzetten. Even later bereikte ik het centraal station. De HEMA op het stationsplein was het oorspronkelijke doel van mijn wandeling. Drie weken geleden had ik via internet wat foto’s besteld. De daarop volgende bevestigingsmail beloofde mij automatisch dat ze binnen een paar dagen op te halen waren bij de vestiging van mijn keuze. Maar toen ik er twee weken geleden was, bleek ik voor niets te zijn gekomen. Het halve team werd ingezet om naar mijn bestelling op zoek te gaan. Vergeefs. Na een kwartier werd me geadviseerd om maar over een paar dagen weer terug te komen. ‘Ze zijn waarschijnlijk nog niet klaar.’ De woorden dreunen nog na in mijn achterhoofd. Soms heb je het gevoel dat er iets niet klopt. Dat gevoel had ik op dat moment. Volgens een e-mail waren ze wel afgeleverd, volgens het winkelpersoneel niet. Vandaag besloot ik vol te houden, ondanks dat de rij achter mij groeide en mensen mompelden dat ze graag ook aan de beurt wilden komen. Het personeel hield opnieuw een klopjacht. Twee verschillende mensen keken achtereenvolgens op precies dezelfde plekken. Met lede ogen zag ik het aan. Daarna, inmiddels was het tien minuten verder, kwam er één op het ‘briljante’ idee om naar achteren te lopen. Inderdaad lagen daar mijn foto’s. Ik liep weg, en bedacht me dat ze daar waarschijnlijk twee weken geleden ook al hadden gelegen. Maar wie doet er nog dat stapje extra tegenwoordig? Mopperend stapte ik even later de regen weer in, om me vervolgens direct weer om te draaien en terug te lopen naar de HEMA. Ik had geen plastic tasje gekregen, en dan worden foto’s nat. ‘Sorry mevrouw, ik was vergeten u een tasje aan te bieden.’ Wat zou de wereld er toch van opknappen als het normaal werd voor mensen om dat stapje extra te doen…